Je woonlasten kunnen betalen is een van de basisfactoren die zorgen voor gemoedsrust. Dus moet je dat verzekeren?
Uiteraard kun je de huur of hypotheek betalen zolang je inkomen daar hoog genoeg voor is. Maar je kunt werkloos raken, ziek worden of in echtscheiding belanden, waardoor je inkomen ineens daalt of te klein is voor het betalen van de woonlasten.
Er zijn verschillende manieren waarop je het inkomen kan verzekeren. Zo hebben werknemers recht op een WW-uitkering werkloosheid en een WIA-uitkering (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) bij arbeidsongeschiktheid, terwijl ondernemers misschien een arbeidsongeschiktheidsverzekering hebben voor het geval ze (langdurig) ziek worden.
Woonlastenverzekering bij wegvallen inkomen
Naast verzekeringen voor werkloosheid en arbeidsongeschiktheid, bestaat er ook nog zoiets als een woonlastenverzekering die je ook wel tegenkomt onder de naam hypotheekbescherming of werknemers-aov (arbeidsongeschiktheidsverzekering).
“Hiermee kun je een krappe periode overbruggen die is ontstaan door werkloosheid of arbeidsongeschiktheid”, zegt Jeroen Wolfsen, adviseur van MoneyWise.
Overigens geldt de verzekering niet bij echtscheiding. “Een scheiding heeft weliswaar vaak een grote impact op het inkomen, maar is een niet te verzekeren situatie.”
Wolfsen bespreekt de betaalbaarheid van de woonlasten bij werkloosheid en arbeidsongeschiktheid met klanten tijdens hypotheekgesprekken, zoals adviseurs verplicht zijn te doen. Hij merkt echter dat klanten vaak niet voor een woonlastenverzekering te porren zijn.
“Afhankelijk van wat je precies verzekert, loopt de premie al snel in de tientallen euro’s per maand. Vuistregel is dat je op een inkomen van 30.000 euro drie tientjes per maand kwijt bent. Veel mensen vinden dat prijzig, vooral ook omdat ze geen problemen voorzien bij het betalen van hun woonlasten.”
Onderschatting inkomensval bij arbeidsongeschiktheid
Maar dat kan volgens Wolfsen vies tegenvallen, omdat werknemers bijvoorbeeld het vangnet bij arbeidsongeschiktheid te rooskleurig inschatten.
“Mensen denken vaak aan ongeveer 70 procent van het loon bij arbeidsongeschiktheid, maar het gros wordt voor 30 tot 60 procent arbeidsongeschikt verklaard. Soms houd je dan maar 20 procent van je loon over. Dat heeft de gemiddelde Nederlander niet in de gaten.”
De inkomensterugvalmeter van verzekeraar TAF laat zien hoeveel het inkomen kan dalen bij verschillende percentages van arbeidsongeschiktheid.
We hebben een persoon van 34 jaar ingevuld die 40.000 bruto per jaar verdient en tien jaar heeft gewerkt.
Het maandinkomen bedraagt 3.333 euro bruto per maand. In het eerste jaar van zijn ziekte betaalt de werkgever 100 procent van zijn loon, zoals in veel cao’s is afgesproken. In het tweede jaar zakt de loondoorbetaling naar 70 procent en daalt het inkomen al met duizend euro.
Daarna hangt het van de mate van arbeidsongeschiktheid af hoe hoog de uitkering van het UWV is.
Het ziet er voor de voorbeeldpersoon vooral beroerd uit bij 50 procent arbeidsongeschiktheid. In dit geval moet hij de resterende ‘verdiencapaciteit’ benutten door aan het werk te blijven. Lukt dat niet, dan keldert het inkomen na ongeveer drie jaar ziekte met maar liefst 2.700 euro naar 611 euro bruto per maand.
Vindt de persoon in kwestie wel werk, dat blijft de inkomensterugval na drie jaar beperkt met 500 euro. Bij (bijna) volledige arbeidsongeschiktheid zakt het inkomen na drie jaar met zo’n 800 tot 1.000 euro per maand.
Wolfsen raadt zijn klanten aan hier goed over na te denken. “Arbeidsongeschiktheid is een substantieel risico. Consumenten sluiten wel een overlijdensrisicoverzekering, terwijl de kans op arbeidsongeschiktheid zo’n zeven keer groter is.”
Overweeg je een woonlastenverzekering? Dan is het wel handig om te weten wanneer je hiervoor in aanmerking komt en wanneer je hier een beroep op kunt doen.
We nemen 6 vragen over de woonlastenverzekering door:
1. Wie kunnen de woonlastenverzekering afsluiten?
“De markt is vooral gericht op huizenkopers en werknemers”, weet Wolfsen.
Er zijn verzekeraars waar ook ondernemers terechtkunnen voor een woonlastenverzekering. In dit geval kan de ondernemer, anders dan de werknemer, de verzekering dan alleen afsluiten voor arbeidsongeschiktheid en niet voor werkloosheid. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de hypotheekbescherming van Interpolis.
2. Wat verzeker je precies?
Meestal kun je kiezen om arbeidsongeschiktheid en werkloosheid te verzekeren. Het is vaak niet mogelijk om alleen werkloosheid te verzekeren.
Bij sommige verzekeraars kun je voor een verzekering kiezen die een vast bedrag per maand (bijvoorbeeld het bedrag aan woonlasten) uitkeert bij ziekte en/of werkloosheid. Of je kiest ervoor je inkomen tot een bepaalde grens te verzekeren. Daalt je inkomen door ziekte of werkloosheid onder die grens, dan wordt dat aangevuld door de verzekering.
Daarnaast kies je een periode van eigen risico en de maximale periode dat je een uitkering wilt ontvangen. En het is van belang of je bij arbeidsongeschiktheid eventueel ander werk wilt doen of alleen je beroep wilt kunnen uitoefenen. Uiteraard heeft dit allemaal invloed op de premie.
Als de werkgever het eerste jaar 100 procent van je loon uitbetaalt, spreekt het voor zich een eigenrisicoperiode van twaalf maanden te nemen.
3. Wat kost een woonlastenverzekering?
Uiteraard hangt de premie af van onder meer je eigen risico, de uitkeringsduur en het verzekerde bedrag. Je moet al snel denken aan tientallen euro’s per maand.
Verzekeraar TAF geeft het voorbeeld van de 35-jarige Maurice die zijn hypotheeklasten van 850 euro heeft verzekerd met een eigen risico van 12 maanden. Bij arbeidsongeschiktheid krijgt deze man dus 850 euro per maand tot aan zijn pensioen. Daarvoor betaalt hij maandelijks 35 euro aan premie.
Ene Alexander (40) wilt bij ziekte 90 procent van zijn huidige inkomen ontvangen, wat neerkomt op 2.880 euro per maand. Na twee jaar ziekte gaat zijn WIA-uitkering in waardoor zijn inkomen onder de 2.880 euro zakt. De verzekeraar vult zijn WIA-inkomen aan tot dit bedrag zolang Alexander arbeidsongeschikt is. Hiervoor betaalt hij 42 euro per maand.
4. Wat gebeurt er bij werkloosheid?
Met een woonlastenverzekering krijg je bij werkloosheid maximaal een uitkering voor een periode van twaalf tot vierentwintig maanden.
Hierbij volgt de verzekeraar het UWV. Heb je recht op een UWV-uitkering, dan komt ook de uitkering van de woonlastenverzekering los. Maar de ene verzekeraar keert pas uit bij volledige werkloosheid terwijl de ander dat al doet bij gedeeltelijke werkloosheid.
5. Wat gebeurt er bij arbeidsongeschiktheid?
De meeste woonlastenverzekeringen keren uit bij 35 procent arbeidsongeschiktheid. Hoe hoog het verzekerde maandbedrag of aanvulling op het inkomen moet zijn, is volgens Wolfsen moeilijk te bepalen.
“Want hoe is je WIA-situatie? Het is lastig in te schatten hoeveel geld je maandelijks overhoudt nadat het UWV de mate van arbeidsongeschiktheid heeft bepaald.”
In eerste instantie volgt de verzekeraar het UWV, die bepaalt de mate van arbeidsongeschiktheid op basis van gangbare arbeid. Dit houdt in dat wordt uitgegaan van wat je nog kunt doen, ongeacht je opleiding en ervaring.
Sommige verzekeraars bieden echter nog andere smaken en beoordelen de mate van arbeidsongeschiktheid op basis van passende arbeid of beroepsarbeid. Bij passende arbeid wordt wel rekening gehouden met je opleiding en ervaring terwijl bij beroepsarbeid puur wordt gekeken of je je beroep nog kunt uitoefenen.
Verzekeraar Callas geeft hierbij het voorbeeld van een fysiotherapeut die geen zware, lichamelijke inspanning kan verrichten. Bij gangbare arbeid is de fysiotherapeut niet arbeidsongeschikt, bij passende arbeid 40 procent arbeidsongeschikt en bij beroepsarbeid volledig arbeidsongeschikt.
Sluit je een woonlastenverzekering af, dan maakt het voor een eventuele uitkering nogal uit voor welke smaak je kiest. Het UWV gaat bij een WIA-aanvraag uit van gangbare arbeid. Kies je hiervoor bij je woonlastenverzekering, dan volgt de verzekeraar de beoordeling van het UWV.
Kies je voor passende of beroepsarbeid, dan ga je naar een keuringsarts die de verzekeraar aanwijst.
6. Wat is het verschil tussen een woonlastenverzekering en arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov)?
Een woonlastenverzekering is meestal gericht op werknemers, terwijl een arbeidsongeschiktheidsverzekering vaak voor ondernemers is. Maar daarop bestaan uitzonderingen.
Als ondernemer kun je soms een woonlastenverzekering nemen, bijvoorbeeld bij de hypotheekbescherming van Interpolis. En als werknemer kun je ook wel een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten, bijvoorbeeld bij Movir.
Het verschil is volgens Wolfsen dat de arbeidsongeschiktheidsverzekering je inkomen verzekert, terwijl de woonlastenverzekering eerder gekoppeld is aan de woonlasten.
"Meestal mag je bij een aov niet meer dan 80 procent van je werkelijke inkomen verzekeren. Je verzekert dan bijvoorbeeld 80 procent van 60.000 euro, wat neerkomt op een uitkering van 48.000 euro per jaar. Iemand die met hetzelfde inkomen van 60.000 een huis koopt mag zijn werkelijke woonlasten verzekeren, bijvoorbeeld 1.200 euro. Dat is dan ook de maximale uitkering."
Volgens Wolfsen is het verzekerd bedrag bij een arbeidsongeschiktheidsverzekering in bijna alle gevallen hoger en meestal van langere duur. "Bijvoorbeeld tot de AOW-leeftijd. Terwijl een woonlastenverzekering eerder wordt afgesloten voor een periode van bijvoorbeeld tien jaar. Dat maakt dat de premie tussen de twee soorten verzekeringen flink kan verschillen."
Een ander verschil is natuurlijk dat je met de 'gewone' arbeidsongeschiktheidsverzekering niet verzekerd bent tegen werkloosheid.
Meer lezen over woonlasten en hypotheken:
- Bang voor boete als je nu wil profiteren van de lage hypotheekrente? Misschien is rentemiddeling een idee
- Klanten Rabobank lossen flink af op hun hypotheek – maar ze blijven ook stevig doorsparen ondanks de lage spaarrente
- Hypotheekrente 10, 20 of 30 jaar vast: of je kan ‘shoppen’ tussen aanbiedingen verschilt nogal per looptijd